brief: Vooroverleg ontwerp bestemmingsplan Blekersveld te Overveen, gemeente Bloemendaal

Posted on

Aan: Gedeputeerde Staten van Noord-Holland
Postbus 3007
2001 DA Haarlem
Onderwerp: Vooroverleg ontwerp bestemmingsplan Blekersveld te Overveen, gemeente Bloemendaal
Overveen, 16 januari 2022

Geacht college,

In de raadvergadering van de gemeente Bloemendaal van 11 november 2021 is besloten tot het terinzagelegging van het ontwerp bestemmingsplan Blekersveld. Tot op heden heeft deze terinzagelegging nog niet plaatsgevonden.

In de opmaat naar de besluitvorming over de terinzagelegging heeft er vooroverleg met diverse partners plaatsgevonden. Vanaf 24 juni tot en met 14 juli 2021 zijn vooroverlegpartners in staat gesteld een reactie in te dienen. Ook uw college is in de gelegenheid gesteld om in dat kader te reageren op het plan. Uit de bijgevoegde door het gemeentebestuur van Bloemendaal opgestelde Nota van beantwoording vooroverleg (bijlage 1), begrijpen wij dat de provincie slechts vanuit een zeer beperkte invalshoek -nl. alleen vanuit mobiliteits oogpunt- op dit ontwerp bestemmingsplan heeft gereageerd. Overigens valt op dat in die reactie geen opmerkingen zijn gemaakt over de gehanteerde verkeerscijfers bij de uitgevoerde onderzoeken. Ook u weet dat de gehanteerde verkeerscijfers 2020 geen goed beeld geven van de werkelijke verkeersintensiteit op de N208 (Westelijk Randweg). Op uw site wordt immers gemeld dat de intensiteiten van 2020 vanwege COVID-19 lager zijn dan 2019. Vastgesteld is dat de intensiteiten 2020 ca. 13 % lager liggen dan de verkeersintensiteiten 2019. Dat dit consequenties heeft voor de uitkomsten van de daarop gebaseerde onderzoeken, spreekt voor zich.

Wij verbazen ons over deze eenzijdige benadering. Immers, de nu nog groene locatie behoort volgens het vigerende bestemmingsplan Overveen 2013 tot gebiedsindeling 7 met de naam “Landgoed De Beek en omgeving”. In dit bestemmingsplan wordt aangegeven dat deze gebiedsindeling voortvloeit uit de gebiedsindeling zoals gehanteerd in de gemeentelijke Welstandsnota. Gesteld kan dus worden dat bij de opstelling van het bestemmingsplan Overveen uit 2013 door de gemeente aan de locatie Blekersveld in de Welstandsnota reeds een bijzondere positie is toegedicht en dat zij deze positie ook wilde continueren door vastlegging in het ruimtelijk plan. Verwezen zij hierbij naar pagina 14 (bijlage 2) van de toelichting behorend bij het hiervoor aangehaalde bestemmingsplan, maar ook naar de door CBS en ESRI gehanteerde kaartdata met betrekking tot het gebied (bijlage 3). Door opname van de locatie Blekersveld in de gebiedsindeling van genoemd landgoed zou –bij de beoordeling of woningbouw op deze locatie mogelijk is- het door de gemeente vastgestelde beleid met betrekking tot landgoederen
leidend moeten zijn.

Gelet ook op de door de provincie in het verleden (meermalen) ingenomen standpunt dat woningbouw in het onderhavige gebied niet (of zeer beperkt) tot de mogelijkheden zou behoren, vinden wij het vreemd dat dit in het kader van het vooroverleg blijkbaar niet door uw bestuur aan de orde is gesteld.

Ook toetsing aan het provinciaal beleid zoals de Omgevingsvisie en Omgevingsverordening Noord-Holland 2050 is blijkbaar achterwege gebleven. En wat te denken van het feit dat niet getoetst is aan het door de provincie vastgelegde beleid inzake het “Bijzonder Provinciaal Landschap” en dan met name het landschap Zuid Kennemerland. Wij zijn natuurlijk geen specialisten, maar de bouwplannen van de gemeente Bloemendaal lijken op het eerste gezicht toch behoorlijk in strijd met het hierin vastgelegde provinciale beleid.

Uiteraard stelt het gemeentebestuur dat hij deze zaken voor u heeft getoetst, maar ja wat is de waarde als de provincie de uitkomsten van deze toetsing niet herbevestigd.

Overigens, gelet op de ook bij de provincie bekend veronderstelde gevoeligheid van bewoners op de geplande woningbouw (de CdK is immers per brief van een omwonende op de hoogte gesteld en de stichting heeft beroep aangetekend tegen de goedkeuring door de Omgevingsdienst IJmond verleende instemming met het saneringsplan) en de daaraan voorafgaande kaalslag van een grotendeels autonoom ontstaan natuurgebiedje, had het de provincie gesierd om de Adviescommissie Ruimtelijke
Ontwikkeling (ARO) bij de beoordeling van dit plan in te schakelen.

De nu bestaande strook groen is een wenselijke scheiding tussen de provinciale weg N208 en de daar achterliggende woningen op het Blekersveld. Qua bestemming grenzen aan de provinciale weg vooral gronden met de bestemming ‘maatschappelijk”, recreatie” en “groen”. De daadwerkelijke invulling van deze locaties zijn volkstuinen, sportcomplexen, een hotel en een school. De wenselijke scheiding wordt met de woningbouwplannen van de gemeente Bloemendaal teniet gedaan. Het weghalen van deze buffer is al helemaal ongewenst in een tijd dat het verkeer toeneemt, dat er kennis is van kwalijke gevolgen van fijnstof en het belang van groen in de directe leefomgeving.

Teneinde de consequenties van de bouw op de leefomgeving duidelijk te maken halen wij één item uit de provinciale omgevingsvisie naar voren, te weten de consequenties van de bouw op de Leefomgeving.
En dan met name ten aanzien van de punten gezondheid en veiligheid.

Het mantra van de gemeente Bloemendaal ten aanzien van de nu aan de orde zijnde woningbouw voor statushouders op het Blekersveld is, dat de noodzaak tot woningbouw wordt ingegeven door de eis van de provincie om statushouders te huisvesten. Feit is dat het dagelijks bestuur van Bloemendaal toestemming van de raad voor bouw op het Veld heeft verkregen op basis van de stelling dat er in de gemeente –buiten de locatie Blekersveld- geen enkele locatie is te vinden waarin tijdelijke huisvesting
voor deze doelgroep gerealiseerd zou kunnen worden.
Na de toestemming van de raad op de tijdelijke bouw op het Blekersveld, blijkt echter dat het college daarnaast ook huisvestingsafspraken voor deze doelgroep heeft gemaakt met het bestuur van oud verzorgingshuis Oldenhove. Het gaat dan om de huur van ca. 90 onderkomens. Verwacht zou dan mogen worden dat de noodzaak voor tijdelijke huisvesting voor deze doelgroep op het Blekersveld hiermee zou kunnen komen te vervallen.

Maar niets is minder waar. Het college van B&W zet in op zowel tijdelijke huisvesting op het Blekersveld als ook op gebruikmaking van de plaatsen in Oldenhove. Twee locaties voor opvang van statushouders derhalve binnen een straal van 100 meter. Vraag aan u, wat denkt u dat de impact op de beleving van de items gezondheid en veiligheid van de leefomgeving op omwonenden is? Is er dan helemaal niets geleerd uit het feit dat concentratie van deze doelgroep leidt tot problemen. De kranten staan er bijna dagelijks vol van. Hierbij mag niet onvermeld blijven dat de burgemeester er ook niet van overtuigd is dat e.e.a. probleemloos zal verlopen. Op een door de gemeente georganiseerde informatieavond over Oldenhove liet hij namelijk weten dat hij vanuit zijn raam in het gemeentehuis de zaak goed in de gaten zou houden en deed de belofte dat extra handhaving (extra oranje hesjes noemde hij dat) zal worden ingezet!

Let wel, wij zijn geen tegenstanders van het opvangen van statushouders, maar huisvest deze nieuwe Bloemendalers dan in bestaande woningbouw. Iedereen weet dat dit de integratie van deze doelgroep in de samenleving bevordert. Ook in de reeds bestaande woningbouw op het Blekersveld zijn statushouders geplaatst en deze mensen zijn volledig geïntegreerd.

Gelet op al het vorenstaande vragen wij u als middenbestuur en toezichthouder op de kwaliteit van het lokaal bestuur, het ontwerp-bestemmingsplan Blekersveld van de gemeente Bloemendaal op een zodanige wijze te beoordelen dat met zekerheid kan worden gesteld dat het plan geen strijdigheid oplevert met vastgelegd provinciaal beleid. Mocht dit niet het geval zijn wat -hierin gesterkt door onze advocaat- de verwachting is, vragen wij u een passende reactie richting de gemeente Bloemendaal uit te doen gaan en ons hiervan op de hoogte te stellen.

In afwachting van uw reactie verblijven wij.

Het bestuur van de stichting Blekersveldgroen,

 

Stijn de Geus, voorzitter Gert Valster, secretaris