Bron Haarlems Dagblad | Annemieke Windt
Het wantrouwen bij de Bloemendaalse politiek tegen hun Zandvoortse buren zit diep. Dat bleek tijdens de commissie Grondgebied over het mobiliteitsfonds Zuid-Kennemerland.
Vooral de wens van Zandvoort om te zoeken naar een betere verbinding van de Westelijke Randweg met de Zeeweg is tegen het zere been van Zelfstandig Bloemendaal, Hart voor Bloemendaal, de PvdA en GroenLinks.
In de plannen voor 2021 van het Mobiliteitsfonds wordt een bedrag van vijftigduizend euro gereserveerd voor een onderzoek naar een nieuwe verbinding. Weggegooid geld, vinden de partijen, want zowel Bloemendaal als Haarlem zien zo’n nieuwe verbinding niet zitten. Want die zou over de Dompvloedslaan in Overveen moeten komen of een nieuwe weg door het Westelijk Tuinbouwgebied. Iets waar beide gemeenten tegen zijn.
Doodgeboren kindje
Ook wethouder Henk Wijkhuisen ziet weinig in de plannen, ’een doodgeboren kindje’ noemde hij het. Dat ging Rob Slewe van Zelfstandig Bloemendaal niet ver genoeg. Hij wil dat de wethouder zijn vetorecht gebruikt als de plannen ter tafel komen. ,,Daarvoor moet ik dan wel opdracht hebben van de raad”, kaatste Wijkhuisen terug. Volgens hem is het geen uitgemaakte zaak dat een betere bereikbaarheid alleen kan ontstaan door een nieuwe weg. ,,We willen wel kijken hoe we dat kunnen bereiken.”
De VVD houdt hoop dat een gezamenlijke motie met de CDA toch nog kan worden uitgevoerd, namelijk de verdieping van de Westelijke Randweg. Carla Meijer-Wortelboer (VVD) sprak ook de hoop uit dat eindelijk wat gedaan wordt aan de verkeersdrukte op de Julianalaan in Overveen.
Maar veel partijen in de Bloemendaalse raad vinden dat de gemeenschappelijke regeling om de regio bereikbaar te houden te weinig oplevert voor de eigen bewoners. Er komen wel extra maatregelen tegen de geluidsoverlast van het spoor bij Overveen en meer aandacht voor fietsen. Dat is een magere winst tegenover het geld dat de gemeente jaarlijks bijdraagt aan het mobiliteitsfonds. Marylies Roos leende een uitspraak van Margaret Thatcher toen ze uitriep dat ze ’ons geld terug’ wilde. Mee blijven praten als het toch niets oplevert, heeft volgens haar geen zin. ,,We moeten eruit.”