Je koopt een stuk grond dat volgens de gegevens ‘schoon’ is, maar dat vol blijkt te liggen met loden politiekogels. Uiteindelijk moet je alsnog een vermogen uitgeven aan saneringskosten. Het overkwam Marko de Vries uit Heerenveen, maar zijn situatie is geen uitzondering. Controle op bodemsaneringen is in Nederland regelmatig een papieren werkelijkheid, blijkt uit onderzoek van Follow the Money en De Monitor.
- Een oude schietbaan in de buurt van Heerenveen ligt na sanering nog steeds vol met loden kogels. De politie, voormalige eigenaar van het terrein, heeft verzwegen dat er nog jarenlang is geschoten en met honden is getraind.
- De nieuwe eigenaar zit met de gebakken peren: het terrein is onbruikbaar voor zijn geplande buitenactiviteiten met kinderen, omdat het terrein niet goed is schoongemaakt.
- Dat er iets misgaat bij bodemsaneringen, is geen uitzondering. Uit een rondgang langs bevoegde gemeenten en provincies blijkt dat er weinig achteraf gecontroleerd wordt of de grond wel schoon genoeg is.
- Het vertrouwen in de saneerder is dus groot. Toch signaleerde de Inspectie Leefomgeving en Transport op basis van eerder onderzoek al dat er bij ongeveer 40 procent van de saneringen iets misgaat. En dat was nog op basis van aangekondigde inspecties.
- De maatschappelijke kosten van deze fouten worden ingeschat op 3,6 miljard euro per jaar.
- Dit onderzoek is een samenwerking van Follow the Money en De Monitor (KRO-NCRV).